Adolfo Bezerra de Menezes

Bij de Faculteit van Geneeskunde te Rio de Janeiro, promoveerde hij in 1856 met de thesis: “Diagnostiek van Kanker”. In het jaar daarop werd hij aangenomen bij de Imperiale Geneeskunde Academie met de publicatie van zijn werk “Sommige overwegingen over kanker vanuit de behandelende kant”. Vanuit 1858 werkte hij ook als chirurg bij het Braziliaanse Leger.
In 1861 begon hij aan een carrière in de politiek met de bekleding van verscheidene functies van gemeenteraadslid tot senator. Hij is ook voorzitter van de Gedeputeerde Kamer geweest in 1880.
Als zakenman heeft hij de Treinmaatschappij Macaé-Campos gesticht, is hij directeur van de Archi-tectonisch Compagnie geweest en president van een groot transport bedrijf in Rio (Carril São Cristó-vão).
Carlos Travassos, de eerste vertaler van het Boek der Geesten naar het Portugees, heeft een van de eerste exemplaren cadeau gegeven aan Bezerra de Menezes zodra het uit de pers kwam. Dit is wat Bezerra had te vertellen over dat boek:
“Ik heb dat boek in de stad gekregen en ik moest nog een uur lang reizen naar mijn huis in Tijuca. Omdat ik niks te doen had tijdens die lange reis nam ik het boek en zei tegen mezelf: ik ga toch niet naar de hel door dit te lezen! Bovendien, het kan toch niet zo zijn dat ik onwetend blijf over deze filosofie nadat ik alle andere filosofische scholen heb gestudeerd! En zodoende, heb ik het boek geopend en ben toen erdoor gegrepen, net als door de Bijbel. Ik las het, maar ik vond niets dat onbekend voor mijn geest was en toch was dat alles nieuw voor mij! Ik had al eens alles gehoord of gelezen wat in het Boek der Geesten stond. Ik was toen zeer verrast door dat wonderbaarlijke gebeuren en zei tegen mijzelf: het schijnt dat ik altijd onbewust spiritist was of anders, sinds mijn geboorte!”
In 1886, maakte hij voor een publiek van twee duizend mensen bekend dat hij, de arts, de politicus, de burger, de katholieke Bezerra de Menezes, spiritist was geworden.
Sindsdien was hij aan het schrijven ten dienst van het spiritisme, te beginnen met de “Filosofische Studies” ieder zondag in de meest gelezen krant van Brazilië: “O Paíz” (Het Land) onder de schuilnaam “Max” van 1886 tot en met 1893, de gouden jaren van de spiritistische propaganda in het land.​

Ook werken van Bezerra waren onder andere de titels: “De slavernij in Brazilië en hoe ermee te stoppen zonder de natie te benadelen”, “Korte beschouwingen over de droogtes in het Noorden, “Het spookhuis”, “De krankzinnigheid vanuit een nieuwe kijkhoek”, “De Spiritistische Leer als Theogonische Filosofie”, “Zwarte parel”, “Verhaal van een droom”, “Lazarus, de melaatse”, “Evangelie van de toekomst”, meerdere biografieën en ook artikelen voor bladen en kranten.
Toen hij studeerde op de Medisch School was er ooit iets heel bizars gebeurd: hij verkeerde in financiële moeilijkheden en moest 50 duizend reis (oud Braziliaanse geld) zien te krijgen om voor zijn woonkamer en het lesgeld te kunnen betalen. In feite, had hij geen idee hoe het hem zou lukken. Zonder beter weten, ging hij maar bidden. Een paar dagen later kreeg hij bezoek van een jongeman die opzoek was naar een wiskunde leraar voor een paar bijlessen. Bezerra wou er niks van weten want van alle onderwerpen vond hij wiskunde een van de meest verschrikkelijke. De bezoeker echter stond erop en omdat het geldnood aandringend was, ging Bezerra alsnog akkoord. De jongeman zei toen bang te zijn om misschien het zakgeld van zijn vader uit zullen geven aan andere zaken en om dat te voorkomen, wou hij het gehele bedrag ineens van tevoren betalen, namelijk 50 duizend reis. Nadat ze afspraken hadden gemaakt voor de lessen ging de jongeman weg en Bezerra bleef achter, heel blij nu dat hij de huur en het lesgeld kon betalen. Hij ging naar de bibliotheek om zich voor te bereiden op de lessen maar de bezoeker zag hij nooit meer!
Als arts zei Bezerra altijd: “een arts heeft geen recht om te wachten tot hij klaar met een maaltijd is, noch om te vragen of het ver weg is als een wanhopig aan zijn deur klopt. De mens die zorg weigert omdat hij bezoekers heeft, of te veel heeft gewerkt, of moe is, of omdat het te laat is, of de weg oftewel het weer slecht is, of anders een wagen vraagt aan de mens die niet eens een recept kan betalen, of tegen de huilende zegt dat hij een ander moet gaan zoeken, die geen arts is, wel een handelaar in geneeskunde, die werkt om zijn investering tijdens de studie met kapitaal en rente terug te halen. Die mens is wel een ongelukkige die de engel van de barmhartigheid wegstuurt,  die gekomen was met het enige water die de dorst naar rijkdom van geest kon lessen, de enige rijkdom die nooit verloren gaat in de omwegen van het leven.”​

Rond 1883 was het onrustig binnen de spiritistische beweging in Brazilië. De studiecentra werkten toen langs elkaar heen en vaak tegen elkaar. Om dat te voorkomen werd de Braziliaanse Spiritistisch Federatie (FEB) toen ingericht maar het schisma tussen de “mystieken” en de “wetenschappers” of anders, tussen hen die alleen de religieuze kant van het spiritisme wilden beoefenen en hen die alleen de wetenschappelijke kant van het spiritisme belangrijk vonden, werd alleen maar groter.
In 1893 was er een enorme commotie ontstaan na een rebellie in de Marine en daardoor werden alle verenigingen, ook de FEB, verboden. Een jaar later was de situatie verbeterd en sommige spiritisten onder leiding van Bettencourt Sampaio brachten de naam van Bezerra naar voren als de meest geschikte om leiding te geven aan de FEB en de spiritistische beweging weer te verenigen.​

Eigenlijk had Bezerra zijn twijfels en zei:

“Men wil dat ik terug naar de FEB ga; zoals u weet, blijft die oude federatie zonder president of richting. In plaats van georganiseerde studies over het spiritisme of het evangelie, blijft men daar bezig met allerlei Byzantijnse discussies.”
“De goede werker wordt anders altijd gesteund, zei Sampaio. De federatie kan misschien niet veel gelijk hebben wat betreft de omgang met de propaganda van de Leer maar runt wel de “Hulp aan de Behoeftige”, wat op zich voldoende is om de sympathie van de goede mensen aan te trekken.”
“Dat wel, maar de Hulp aan de Behoeftige gebruikt tegenwoordig exclusief de homeopathie voor de behandeling van de zieke, iets wat ik persoonlijk ook gebruik, alhoewel ik geen homeopathisch arts ben, wat trouwens, mij al ernstige problemen heeft veroorzaakt want ik word gezien als iemand die de officieel geneeskunde niet vertrouwt.”
“En waarom word jij niet een homeopathisch arts?”
“Ik begrijp niets van homeopathie!”

Toen zei de heilige Augustinus door het medium Frederico Junior:
“Dat zou alles beter maken! Wij kunnen jou nog gemakkelijker helpen in de behandeling van onze broeders!”
“Wat zegt u, goedhartige geest, dat ik van het spiritisme zou moeten gaan leven?”
“Zeker niet! Jij moet uit jouw beroep leven, gebruikmakende van wat jij hebt geleerd en daarbij ook homeopathie gaan studeren zoals onze vriend Sampaio al zei. Wij zullen jou helpen op een andere manier: wij zorgen, als dit nodig zou zijn, voor andere wiskundestudenten…”
Toen werd de 63 jarige Bezerra de Menezes gekozen als voorzitter van de FEB en hij heeft die functie bekleed tot zijn desincarnatie in 1900.