Het is het eerste boek over de Spiritistische Leer, gepubliceerd door de Franse opvoeder Hippolyte Léon Denizard Rivail, onder het pseudoniem Allan Kardec. Het is een van de basiswerken van spiritisme.

Het werk is verdeeld in vier “delen” en bestaat uit 1019 vragen en antwoorden over:

  1. primaire oorzaken – het gaat over/om de goddelijkheid, de schepping en de fundamentele elementen van het universum.

  2. uit de wereld van de geesten – analyse van het begrip geest en de hele reeks imperatieven, die aan dir concept zijn gekoppeld, het doel van zijn bestaan, zijn potentieel voor zelfverbetering, zijn pre- en post-bestaan en ook de relaties die vestigt met materie.

  3. morele wetten – werkend met de concept van morele wetten waaraan de hele schepping onderworpen zou zijn, dat zijn de wetten van: aanbieding, werk, reproductie, behoud, vernietiging, samenleving, vooruitgaan, gelijkheid, vrijheid en gerechtigheid, liefde en naastenliefde.

  4. van hoop en troost -afgesloten met beschouwingen over de toekomst van de mens, zijn bestaan na de dood, de vreugden en uitdagingen die hij in het hiernamaals vindt.

Het werk werd openbaar gemaakt en uitgebracht in Parijs, in de vorm van vragen en antwoorden. Het was het resultaat van Kardec’s studies naar de verschijnselen van de “draaiende tafels”, die in het midden van de 19e eeuw in heel Europa wijdverbreid waren en die volgens veel onderzoekers destijds van mediamieke oorsprong waren. Het was het eerste in een reeks van vijf boeken die door de pedagoog over hetzelfde onderwerp zijn uitgegeven.